Les Secrets du Cirque d'Archiane

Het keteldal van Archiane is in meerdere opzichten een schatkamer: aan het einde van de Vercors, de Diois, de rijkdom van zijn bewoners en zijn flora en fauna! Hier ben je in het hart van de wildernis, klaar om te profiteren van de oneindige mogelijkheden om te wandelen.

1 / Archiane
Aankomst in Archiane tussen 16 en 18 uur. Neem je intrek in het hart van het dorp voor 5 nachten.

D2 / Archiane, het gierenpad
Er gaat niets boven het "sentier des vautours" (gierenpad) van het Parc des Vercors om de streek te leren kennen. Je komt langs de kleine watervallen van de Combe de l'Aubaise, de Archiane rots die zo populair is bij klimmers en de "Fond de Pédane", een ideaal uitkijkpunt aan het begin van de tuin waar vale gieren nestelen. Je kunt ook de bronnen van Tournières verkennen en de kliffen bekijken vanaf de Belvedère. Avonturiers kunnen naar de 3e boog klimmen.
4 tot 5 uur lopen. 400 tot 700 m klimmen.

D3 / De tuin van Roy en Tussac
Na het beklimmen van de combe de l'Aubaise en het bereiken van de voet van de muur bij "Pestel", betreden we het koninkrijk van de gemzen en steenbokken. Bij de 4 chemins de l'Aubaise betreden we het reservaat en stijgen we naar de hoogvlakten in het hart van een betoverende wereld die vaak bucolisch en soms hard is. Van weiden naar lapiaz, tussen de pijnbomen, bereiken we de zomerweiden van de transhumant ooien in Jardin du Roy. Na een omweg naar de Tête du Jardin om de gieren van dichtbij te bekijken, gaan we zuidwaarts naar de Tussac schaapskooien aan het einde van het Plateau. Hier is de lammergier geherintroduceerd. De afdaling voert ons door de oude lavendelvelden van het dorp Bénevise en langs de GR93, die ons langzaam terugvoert naar ons basiskamp.
Een wandeling van 7-8 uur. 1100 m stijgen.

D4 / De Vallon de Combeau.
Dit is de beste toegang tot het natuurreservaat van het hoogplateau. Aanvankelijk verdedigd door een spectaculaire gele en okerkleurige rots, een beetje smal en sober op Côte chèvre niveau, verandert de vallei in een bucolische steeg, voorafgaand aan de steppe sfeer van de hoogvlakten. De routes zijn hier eindeloos: botanische wandelingen in de hooilanden, gezinswandelingen om de marmotten in Essaure te observeren, de luchtige bergkammen van Praorzel, de toppen van Montagnette of Tête Chevalière... Maar welk programma je ook kiest, het uitzicht over de Trièves, Dévoluy en Oisans is onvergelijkbaar en de nabijheid van de Mont-Aiguille - de emblematische berg - is betoverend.
4 tot 6 uur wandelen. 300 tot 700 m stijgen.

D5 / Mont-Barral.
Mont-Barral is een zeer elegante berg die de zuidkant van de Col de Menée bekroont. Hij ligt tussen Isère en Drôme en biedt een prachtig uitzicht op het bekken van de Trièves en een panoramisch uitzicht op de Alpen van de Dauphiné. De route biedt een gevarieerde mix van beuken- en sparrenbossen, bloemrijke weiden, bergkammen en alpenweiden. De terugweg gaat via het alpenpad, maar je kunt ook een rondwandeling overwegen naar Jocou, het hoogste punt in de Diois.
Wandeling van 3u30. 500 m stijgen.
of 6 uur 30 minuten lopen en 900 m klimmen met de Mont Jocou.

D6 / Les Sucettes de Borne en Montagne de Bellemotte.
De Sucettes de Borne zijn grote kalksteenplaten die tijdens de Alpiene uplift zijn rechtgetrokken en vervolgens van elkaar zijn gescheiden door erosie van de tussenliggende mergel. Vanuit het dorp Borne volgt de wandeling de beek Puscle naar de Sucettes en vervolgens naar de refuge de la Tour, prachtig gelegen aan de voet van de Montagne de Bellemotte. Het is een goede plek om te mediteren, maar we kunnen ons ook laten verleiden door de actie op de top van Bellemotte, waar we gemzen en marmotten kunnen spotten. We keren terug naar Archiane en vertrekken rond 17.00 uur.
3 tot 6 uur wandelen. Stijging 600 tot 1050 m.

De kleine extra's van deze tocht :
- een uitzonderlijk basiskamp in het hart van het keteldal
- een gids die het gebied en zijn geheimen door en door kent
- kwaliteitsmaaltijden bereid met lokale producten